Laguiole vouwmessen behoren tot de beste messen ter wereld (en tot mijn favoriete messen). Ze worden met de hand gesmeed, geslepen en in elkaar gezet in het dorp Laguiole in Frankrijk, gelegen in een rustig heuvelgebied in de Aubrac, centraal Frankrijk. Oorspronkelijk gemaakt als functioneel mes voor herders, boeren en handelsreizigers, is het Laguiole mes begin deze eeuw het symbool geworden voor snobistische zakenlieden, die het mes maar al te graag laten zien om aan te geven hoe rijk ze zijn. Exclusieve uitvoeringen, belegd met parelmoer, goud of de tanden van een al miljoenen jaren uitgestorven reuzenbeest, kosten een fortuin. Voor de meeste normale stervelingen zijn die te duur, maar de echte liefhebber van goede zakmessen verkoopt er zijn vrouw voor. Gelukkig zijn er ook goedkopere instapmodellen te koop met dezelfde kwaliteit, waarvoor we ons huwelijk niet hoeven te riskeren.
Herkomst en geschiedenis
Aan de basis van het Laguiole mes stond Casimir Moulin, die in het dorp Laguiole het lokale Capujadou mes smeedde. De Capujadou was een vast mes met een scherpe punt en een houten heft. Moulin maakte er in 1828 een vouwmes van, wat voor rondtrekkende herders veel handiger was.
Het vouwmes leek in ruwe vorm op de huidige generatie Laguiole messen, maar zonder de nu kenmerkende vorm en functionaliteiten.
De huidige vorm ontstond onder invloed van het Navaja mes, dat vanuit het Zuid Spaanse Andalusië naar noord Spanje was uitgezwermd. Arbeiders uit de Aubrac (de streek rond Laguiole) trokken voor werk in de laagseizoenen naar Catalonië en Baskenland en namen de Navaja mee naar huis, om het thuis als souvenir vol trots te showen.
Deze ‘arabische’ invloed werd rond 1840 zichtbaar in een ontwerp van Pierre-Jean Calmels. Hij was een meester in het harden van gesmeed staal (temperen) in het water van de lokale bron en fabriceerde de heften uit koeienhoorn, dat in overvloed aanwezig was. Dat mes is de start van de Laguiole traditie en is de basis voor de messen die sindsdien rond Laguiole worden gemaakt
Zijn creatie evolueerde tot de huidige vorm rond 1860 ontstond. Voor boeren en herders werd met 5 tot 7 pinnetjes een kruis in het heft geslagen, waartegen ze tijdens hun lange trektochten op het land konden bidden voor de maaltijd, met het mes in het brood gestoken. Vanaf 1840 werd een priem toegevoegd voor het ontluchten van de opgezwollen buiken van koeien, die na lange winters op droog hooi last hadden van overmatige gasvorming. Handig ook voor het prikken van nieuwe gaten in je riem als je vermagerde gedurende je rondzwervingen. De kurkentrekker deed zijn intrede rond 1880 en was met name bedoeld voor de handelsreiziger, voor het nuttigen van een glaasje op zijn reizen naar en van Parijs.
Rond 1900 werd het mes in die kurketrekker uitvoering omarmd door parijse kelners, waaruit het mes zijn status als ‘gentlemen’s knife’ kreeg. Het heft werd niet alleen meer van koeienhoorn gemaakt; er verschenen uitvoeringen in ivoor, parelmoer of exotische houtsoorten. In de veer en op de rug van het lemmet werden versieringen gegraveerd, vaak zwierige natuurlijke vormen, geheel in de Art Nouveau stijl van die tijd. Het plaatje dat het scharnier afschermde werd vanaf 1909 in vorm en uiterlijk van een bloemetje, klavertje een bijtje gegraveerd. Vooral het bijtje is sindsdien het belangrijkste kenmerk van de Laguiole messen.
En daarmee was het moderne Laguiole mes geboren! Geen herdersmes meer, maar een op en top fantasierijk kwaliteitsmes voor liefhebbers van een goed zakmes.
Tot de eerste wereldoorlog werd ieder mes met de hand gesmeed en geslepen in het dorp Laguiole, maar de eerste wereldoorlog maakte daar een eind aan. Veel mannen uit het dorp, bijna allemaal messensmid of -slijper, werden gedood aan het front. De overlevenden keerden veelal niet meer terug, maar vonden hun heil in het nabijgelegen Thiers, de belangrijkste messenstad in Frankrijk. De traditie van Laguiole verhuisde daardoor naar Thiers en Laguiole bleef zonder smeden achter.
Klonen
Door deze verhuizingen en het verdwijnen van de originele smederijen ontstond er op de markt onduidelijkheid over welke messen nog als Laguiole bestempeld konden worden en welke niet. Ze waren zeer gewild en de naam ‘Laguiole’ viel niet onder het merkenrecht en die combinatie leidde tot een ongebreidelde explosie aan makers van ‘Laguiole’-klonen. In het begin werden ze nog in Thiers gemaakt, maar al snel ook daarbuiten en tegenwoordig in allerlei andere landen, waarvan Pakistan en China de meest vreemde eenden in de bijt zijn. Dit zijn vaak uiterlijk erg mooie messen met een overduidelijke verwijzing naar Laguiole, die het op de salontafel erg goed doen. Sommige fabrieken leveren er zelfs een traditioneel leren schede, een mini aanzetstaaltje en een certificaat van echtheid bij; het gaat vaak alleen om uitstraling. Helaas haalt geen van de klonen het kwaliteitsniveau van de originelen.
Nu, honderd jaar na het verdwijnen van de originele smederijen, is het ‘merk’ Laguiole geen merk meer, maar een type mes, net zoals Goudse kaas een type kaas is, dat vaak niet meer in Gouda wordt gemaakt.
Terug in het dorp
En dan toch …. in het oorspronkelijke dorp is de traditie weer opgeleefd. Hij smeulde nog na in de omgeving (Aubrac) en in 1984 is er weer een messenmakerij in het dorp neergestreken, die de messen zelf op traditionele ambachtelijke wijze produceert, waarbij kwaliteit duidelijk belangrijker is dan een lage prijs. Ieder lemmet is gesmeed in de eigen smederij en ieder mes wordt met de hand bewerkt en geassembleerd door één enkele werknemer, die er maximaal 5 per dag kan maken. Aangenaam, Forge de Laguiole is de naam. Ook in de streek (Aubrac), maar buiten het dorp, worden weer messen op deze wijze gemaakt, met alle eigenschappen die een Laguiole mes zo goed maken.
Kenmerken van een goede Laguiole
Echte Laguiole messen hebben een aantal traditionele kenmerken, die ze onderscheidt van de niet handgemaakte varianten. Het belangrijkste en meest opvallende kenmerk:
- Een echt Laguiole lemmet heeft nooit kartels, maar een gladde snede.
Dan zijn er wat subtielere eigenschappen die kenmerkend zijn voor een handgemaakte Laguiole:
- Een tradiotionele Laguiole is altijd een vouwmes, nooit een vast mes. ‘Forge de Laguiole’ en ‘Laguiole en Aubrac’ leveren tegenwoordig ook setjes vaste steakmessen. Ook kwaliteitsmessen, maar niet het traditionele vouwmes.
- Op een goede Laguiole is de maker op het mes vermeld. Aan de hand van die naam kan je de kwaliteit achterhalen. Helaas staat niet iedere naam voor kwaliteit, maar messen zonder naam (met alleen ‘Laguiole’ op het lemmet) komen zeker uit lage lonen landen.
- Het bijtje, dat boven het scharnier zit, is in één geheel met de veer gesmeed (monobloc). Op goedkope klonen zie je dat het er aan is gelast. De veer en het bijtje zijn bewerkt met mooie patronen die vaak iets doorlopen tot op de rug van het lemmet. Een topsmid ontwerpt het mes zelf, inclusief deze patronen.
Overigens zijn de messen niet altijd voorzien van een bloem of bijtje, maar soms van een St. Jacobsschelp (voor pelgrims die door het dorp naar Santiago de Compostela trekken), een klavertje vier, een gezicht of een ander object waardoor de smid geïnspireerd raakte.
- Als je twee Laguioles van één smid vergelijkt, dan zie je kleine verschillen vanwege het handwerk. In onderstaande afbeeldingen zie je de minuscule verschillen in de gravure die het ‘bijtje’ vormt:
- Het oorspronkelijke model heeft een heft (handvat) met een messing bolster aan beide zijden. Er zijn echter ook heften met roestvrij- of edelstaal bolster of zelfs zonder bolster, dus dit is geen ‘hard’ kenmerk.
- Het heft zelf is gemaakt van de punt van een ossenhoorn (pointe de corne), een goede hardhoutsoort, (mammoet-)ivoor, parelmoer of een ander duur materiaal.
- Het heft van oude Laguioles heeft het typische herderskruis, een patroon van 5 tot 7 stippen in de vorm van een kruis. Helaas is dat kruis ook in de vele klonen opgedoken om ‘authenticiteit’ van het mes te suggereren. De afwerking van het kruis is in dat geval zichtbaar machinaal gefabriceerd; ieder kruis is exact gelijk aan de andere kruizen van het model en de kruizen zijn volkomen symmetrisch. Dat is bij een echte Laguiole vanwege de handarbeid vrijwel nooit zo.
- Het lemmet van een modern mes raakt bij het sluiten nooit de binnenrand van het heft. Als dat het geval is, dan ben je zeker van een imitatie. Bij oude messen kan het lemmet wel de veer raken als je het te hard dichtklapt. Om deze reden mocht een Laguiole mes vroeger alleen gesloten worden door de eigenaar, vaak de patriarch, die daarmee aan tafel het teken gaf dat de huishoudster, vrouw of kinderen de tafel mochten afruimen.
- Een Laguiole straalt kwaliteit uit. Onderdelen zijn netjes, passend en nauwsluitend gemonteerd. Er is geen ruimte voor stof of vocht tussen het heftmateriaal en de bolsters.
- Een Laguiole is duur. De goedkoopste modellen kosten in Nederland minimaal €115 per stuk. Een nieuwe Laguiole van 20 euro kan een goed mes zijn, maar kan vanwege de prijs nooit een handgemaakt exemplaar zijn.
- Je gaat het onderscheid pas echt echter merken als je met je Laguiole gaat snijden, vooral als het mes helemaal scherp is. Echte Laguiole messen kunnen scherper worden geslepen en blijven ook lang scherp, omdat het messenstaal van een goede kwaliteit is (vaak Sandvik staal). De rest snijdt meestal slechter dan een natte krant.
Certificaat van echtheid?
Bij handgemaakte Laguiole messen hoort vaak een certificaat. Daarop staat de leverancier en de smid (of een groep smeden) die het mes heeft gemaakt.
Ook bij de imitaties, die alle uiterlijke kenmerken van het produit veritable hebben, hoort vaak een ‘certificaat van echtheid’. Op dat certificaat is aangegeven dat het een ‘echte Laguiole’ is, wat wettelijk is toegestaan, maar feitelijk niets betekent, omdat Laguiole zoals gezegd geen merk is. Het certificaat krijgt pas écht waarde, als is vermeld dat het mes handgesmeed is en door wie… en daar betaal je dan ook flink voor.
Laat je niet teleurstellen door een mes dat je een ‘stijl van leven’ aanbiedt, maar de kwaliteit daarvoor mist.
De échte Laguiole merken
Échte handgemaakte Laguiole messen worden sinds 1984 door Forge de Laguiole weer in het dorp zelf gemaakt. Andere producenten die dezelfde kwaliteit leveren zitten nog in de streek (Aubrac), waaronder ‘Laguiole en Aubrac’, ‘Fontenille Pataud’, ‘G.David’, ‘Honoré Durand’, ‘Claude Dazorme’ en ‘la Rossignol’.
Daarnaast komen er ook machinaal vervaardigde messen uit de Aubrac, bijvoorbeeld van Jean Dubost, die een stuk goedkoper zijn. Deze fabrikant is vanwege de uitstraling ook sinds enige tijd in Laguiole zelf gevestigd.
En de rest? ‘Style de Vie’ is populair geworden met messen, die uiterlijk niet te onderscheiden zijn van traditionele messen uit bijvoorbeeld Laguiole of andere streken in de wereld. En sommige merken zijn écht goedkoop, zoals L’Eclair, Bougna, Lou en Rustique, in Oost-Azië gestanst en (waarschijnlijk voor een hongerloon) geassembleerd door niet opgeleide arbeiders. Maar ze zien er wel goed uit!
De lachertjes …
Soms zie je ‘Laguiole’ messen, die fouten bevatten, waarmee de oorsprong wordt verraden. In China weten ze tenslotte niet alles. Soms staat het herderskruis ondersteboven, voor die enkele herder die ook ondersteboven wil kunnen bidden (klik op het plaatje rechts).
Soms moet je concessies doen voor de Laguiole look. In het onderstaande geval is het gekartelde (foei) mes het voorbeeld geweest voor de kromme vork en lepels. Ik zie het gebeuren.. de vork in mijn wang en de soep in mijn oor.
Bronnen: informatie, documentatie en websites van:
La Forge de Laguiole
Laguiole en Aubrac
Fontenille Pataud (die nog veel meer mooie lokale messen maakt)
Honoré Durand
Jean Dubost
AliExpress
Style de Vie
Wikipedia
Etsy
+ eigen kennis en ervaring